Klankreis, klankmeditatie, visualisatie op klank
Klankmeditatie
Bij een klankmeditatie neem je een bestaande of zelfgeschreven meditatievorm en begeleidt deze mild met enkele rustgevende klanken. Hierbij vervullen de klanken een ondersteunende rol. Bij een klankmeditatie kan je ook de toehoorder op de adem laten letten en hem/haar vervolgens uitnodigen de weldadige klanken op zich in te laten werken door simpel weg naar deze klanken te luisteren of zich voor te stellen hoe zij zacht om en door hem/haar heen reizen. Bij deze vorm is de klank het centrale element van de oefening.
Visualisatie op klank
Bij een visualisatie laat je iemand een tekst of gedachte in zichzelf vertalen naar een beeld. Klanken vergemakkelijken het visualiseren waardoor de voorstelling levendiger en intensiever beleefd wordt. Het "Bloemenspel" (zie reader Lesdag 3 Klankspelen), waarbij je een voorstelling laat maken van een bloem ter hoogte van een chakra, is een voorbeeld van een visualisatie op klank.
Klankreis
Een klankreis is een fantasiereis verrijkt met klank. Terwijl af en toe met rustige klanken het verhaal wordt begeleidt, worden bepaalde elementen van die reis extra levendig gemaakt door daar een passende klank aan toe te voegen. Dat kan concreet zijn (bijvoorbeeld spetteren met water kan "verklankt" worden door met de hand of vingers spettergeluiden te maken in een bak met water) maar ook door meer abstract de sfeer weer te geven (bijvoorbeeld door bij gevaar het donkere geluid van een grote gong te laten klinken).
Over klankreizen
Doelen
Fantasiereizen op klank kunnen ingezet worden voor ontspanning en plezier. Maar kunnen ook gebruikt worden om kinderen elementen als moed, vrijheid of kracht in zichzelf te laten beleven. Deze reizen stimuleren eveneens letterlijk het voorstellingsvermogen en de fantasie. Fantasiereizen op klank verrijken bovendien de innerlijke wereld en maken kinderen meer vertrouwd met hun eigen innerlijke wereld en -rijkdom.
De klankreis zelf
De klankreis is opgebouwd uit verschillende stappen.
Allereerst ontvang je de kinderen, laat je de mobiele telefoon uitzetten en vraag je hen te gaan zitten of liggen, al naar gelang wenselijk is. Vanaf het moment dat zij het zichzelf gemakkelijk hebben gemaakt kan je beginnen met de ontspanning. Je vraagt hen om, als ze dat willen, de ogen te sluiten en neemt ze met de aandacht mee naar het lichaam en de adem zonder dat ze daar iets mee hoeven te doen. Tussendoor geef je de suggestie dat, nu zij lekker liggen en de eerste klanken horen, ze merken - zoals de meeste kinderen voor hen - dat zij vanzelf steeds een stukje meer ontspannen.
Dit is de eerste stap: binnenkomen, gemakkelijk plaats laten nemen, ogen laten sluiten en ontspanning.
Vervolgens is er het verhaal zelf. Dit wordt beeldend verteld en bestaat uit een kleine reis. Deze kan je, wanneer je puur voor ontspanning gaat, plezierig en vriendelijk houden. Wanneer je de kinderen iets meer wilt laten beleven en wilt meegeven dat problemen of spanning ook weer op kunnen lossen, kan je een conflictsituatie toevoegen. Een klein of iets groter probleem waar moed voor nodig is om het te ondergaan. En waarbij je opgelucht adem kunt halen en je blij kunt voelen wanneer het weer opgelost is. en het verhaal tot een goed einde is gekomen. Uiteraard loopt het verhaal altijd naar volle tevredenheid af.
Meestal voeg je ook een helper toe die de reiziger bij staat en hem/haar door de spannende momenten heen helpt. Een wijze die advies geeft, een zwaard dat altijd wint, een elfje, een slim dier, een sterke vriend, toverstaf, onzichtbaarheidscape.
Dit is stap twee: op reis, eventueel een probleem ontmoeten en de oplossing van het probleem.
Tot slot leid je de aandacht terug naar het lichaam, waarbij je niet vergeet te benoemen dat ze zich goed en blij voelen nu ze deze reis tot een goed einde hebben gebracht en dat straks, wanneer ze de ogen open doen, zij zich nog steeds fijn voelen.
Je laat de kinderen met de tenen wiebelen, de vingers bewegen, zich uitrekken en de ogen open.
Deze afronding is de laatste stap.
Na afloop kan er naar aanleiding van wat beleefd is een gesprek gevoerd en/of een tekening gemaakt worden.
Nota benen, klankreizen worden ook door volwassenen zeer gewaardeerd.
Taal
Omdat fantasiereizen het onbewuste aanspreken wordt er een andere taal gesproken om het loslaten van de rationele logica te bewerkstelligen. Behulpzaam daarbij zijn zinnen die niet per se de normale grammatica volgen. Bijvoorbeeld: "Langzaam beweeg je er, maar toch..." Je wilt de taal gebruiken om het gevoel aan te spreken zodat de luisteraar het verhaal ook echt gaat beleven.
De logica wordt ook losgelaten wanneer we onbekende vergelijkingen suggereren zoals: Je kunt je nog ontspannender en rustiger voelen, het is aangenamer, zachter worden, dieper zinken, meer en meer. Het is volledig onduidelijk waarmee het wordt vergeleken. Ontspannender dan wat? Dieper dan wat? Ons onbewuste stelt die vraag echter niet en haakt bij de suggestie aan.
"Non-specifiek" taalgebruik laat de luisteraar vrij in hoe hij/ zij het verhaal beleeft. Woorden als “waarnemen”, “ervaren” gebeuren, zich voorstellen, interesseren… laten ruimte voor de eigen voorkeur van voelen, zien horen enz. Laat de luisteraar vrij in hoe hij/zij het een en ander beleeft. Waar bijvoorbeeld de woorden "loopt langs de rivier ….." invult hoe de rivier gevolgd wordt laten de woorden "volgt de rivier...." veel meer over aan de eigen fantasie en voorkeur. Misschien vlieg je er boven, zwem je er in, loop je er langs, op de rug van een vis.....
Positieve formuleringen
Wanneer er gevraagd wordt niet aan een olifant te denken, denk je automatisch aan een olifant. Dit geldt ook voor andere opdrachten. Zo heeft "niet bewegen, de ogen niet openen en stress vermijden ….." het zelfde doel maar een volledig andere uitwerking als "ga liggen en kom tot rust, sluit de ogen en ontspan je."
De woorden “niet”, ”geen”, “nooit” hebben voor het onbewuste namelijk geen betekenis.
Aanspreken van alle zintuigen
Hoewel non-specifiek taalgebruik de vrijheid geeft om wat er verteld wordt in alle vrijheid te beleven kan het op andere momenten van extra waarde zijn juist wel alle zintuigen er bij te betrekken. Door alle zintuigen aan te spreken wordt de ervaring vollediger.
Laat de luisteraar zoveel zich zo veel mogelijk innerlijk beelden voorstellen, stemmen of geluiden horen, gevoelens in het lichaam, geuren en smaak gewaarworden om een bepaalde plek of situatie zo levendig mogelijk te beleven.
De stem
Of iemand gemakkelijk het verhaal kan meebeleven, wordt voor een belangrijk deel ook bepaald door de manier waarop het verhaal wordt verteld. Je kan spelen met toonhoogte, snelheid, ritme, klankkleur. Enige markering van de tekst met de stem helpt om tijdens de klankreis ontspannen op te gaan in het verhaal. Te grote opwinding in de stem en te overdreven met verwrongen stemgeluid neergezette "typetjes" niet.
Een goede voorbereiding is om de fantasiereis aan je zelf voor te lezen en op te letten hoe deze voor jou werkt. De woorden moeten voor jou zelf kloppend zijn. Je merkt vanzelf welke zinnen of woorden je wilt veranderen zodat het voor jou prettig klinkt. Wanneer je tijdens het voorlezen ook echt zelf probeert mee te gaan in het verhaal, het zelf probeert voor te stellen, is de kans groot dat je het verhaal op de juiste manier voorleest.
Drie klankreizen
Hieronder drie verhalen die geschikt zijn voor klankreizen. Ze mogen vrij gebruikt, ingekort en veranderd worden.
Alle drie hebben ze vrijwel de zelfde introductie en afronding. Ook voor de introductie en afronding geldt dat je ze vrij mag bewerken naar eigen smaak. Maak het passend voor de situatie en jou zelf!
Tijdens de lesdag hebben jullie deze verhalen voor elkaar uitgevoerd met sfeervolle passende klanken.
Thuisopdrachten
Dagelijkse meditatie
De dagelijkse meditatie in stilte voortzetten.
"Door de beoefening van stilzitten en het volgen van de adem zoals die naar buiten gaat en zich oplost, maken we contact met ons hart.
Door onszelf te laten zijn zoals we zijn, ontwikkelen we oprechte genegenheid ten opzichte van onszelf." (Chögyam Trungpa)
Presentatie voorbereiden
De zevende lesdag (25 mei) presenteren we aan elkaar een werkvorm omtrent klank. Je wordt gevraagd om ongeveer 20 á 30 minuten de groep onder jouw leiding een klankspel, klank-interventie, klankreis, mini-klankprogramma uit te laten voeren of te laten ondergaan. Geef in de week voorafgaand aan de lesdag aan welke klankinstrumenten je van de Academie nodig hebt om je presentatie uit te kunnen voeren.
Denk aan rainsticks, gong, grote en/of kleine klankschalen, kloppers, Sansula (1), oceandrums (3), tingsha's (3), koshi's (4).... Bepaal vooraf voor welke doelgroep je iets wilt samenstellen en gebruik ons als groep om dit uit te proberen. Dat kan van kleuters, volwassenen, jongeren, ouderen al dan niet met een handicap of ontwikkelingsstoornis. Heb je hier vragen over stel ze gerust.
Heb je een ander origineel idee wat met werken met klank te maken heeft, dan mag dat ook. Wanneer je een creatief idee hebt maar je vraagt je af of het passend is, neem dan contact op. Er kan veel en originele ideeën zijn zeker welkom.
Denk goed na over wat je wilt doen en waar je mogelijkerwijs tegen aan kan lopen zodat je goed voorbereid de groep "op sleeptouw" kan nemen.
Na afloop ontvang je feedback.
Check thuisopdrachten
We beginnen de volgende lesdag (lesdag 6) met het inventariseren van de thuisopdrachten.
Hoe ver ben je? Zijn er vragen? Wat lukt wel/niet?
Blader terug door de thuisopdrachten in de reader om te zien of je aan alle opdrachten hebt gedacht.
Thuisopdrachten zijn behulpzaam om je dieper te laten realiseren hoe klank werkt/kan werken.
De schrijfopdrachten helpen bovendien om naar derden te leren verwoorden wat werken met klank inhoudt.
Om die redenen zijn de thuisopdrachten voorwaarde voor certificering.
Lukt een opdracht niet en wil je wel een certificaat dan is er de gelegenheid om hierover in gesprek te gaan.
Er wordt altijd gekeken waar je tegen aan loopt en op welke manier we certificering mogelijk kunnen maken.
3 Klankervaringen
Het zelf ondergaan van klankmassages en/of klanksessies levert zeer veel informatie op over het werken met klank.
Gedurende de opleiding word je geacht drie van zulke ervaringen te ondergaan. Dat mogen drie verschillende ervaringen zijn maar je kan er ook voor kiezen de verdieping in te gaan door drie keer een zelfde klankaanbod of klanksessie te ondergaan.
Dit kan bij één van de docenten maar in overleg ook ergens anders.